
Het heeft lang geduurd maar na vele jaren zijn wij, wielerrecreanten, eindelijk gewend aan de helm en aan de fietsbel, op een enkele eigenwijzeling na dan. Dat de fietsbel niet langer taboe is, hebben we voor een groot deel te danken Mathijs Wagenaar. Tot aan zijn uitvinding was de fietsbel not done, hoe klein het exemplaar dan ook was. Het zorgde voor meer ongewenst gewicht op onze lichtgewicht aluminium of carbonfiets, tenminste dat was een veel gehoord argument, net als het esthetische aspect ‘het ziet er niet uit’. Met de verstopte versie van de fietsbel, behoort deze don’t tot de verleden tijd. En daarbij snijdt dit mes aan meerdere kanten: het bevordert onze verkeersveiligheid én we snoeren menig criticaster de mond. Do!
Voor de fietshelm, en dan met name het dragen daarvan, hebben de weigeraars veelal dezelfde argumenten. Het is extra gewicht, het ziet er niet uit én je kan er niet mee fietsen. Flut-argumenten natuurlijk; een helm weegt maar een tiental grammen, ze zijn er in veel soorten, designs én prijscategorieën. Je hebt, al fietsend, niet of nauwelijks in de gaten dat je ‘m draagt. Ik kan weinig, zeg maar gerust geen, begrip opbrengen voor de helmloze onder ons. Wel een sjieke, dure fiets, maar geen helm, daar kom je echt niet meer mee weg. Een dikke don’t!
De bolletjestrui, de rood-wit-blauwe driekleur en de regenboogtrui behoort toe aan de bergkoning in de Tour, onze nationaal kampioen en de wereldkampioen en aan niemand minder. Dus beste mede- wielerrecreant, het maakt niet uit in welke kleur en met welke merknaam, sponsor of surrogaatsponsor, je op je borst of rug rijdt maar ere wie ere toekomt. De regenboogtrui is van Valverde, de bolletjestrui is van Alaphilippe en alleen Mathieu van der Poel rijdt dit jaar in het rood, wit, blauw. Later dit jaar zullen dit anderen zijn, maar in geen geval een wielerrecreant. Don’t!
Andere don’ts, waar we ons, vaak onbedoeld maar soms ook niet, schuldig aan maken, zijn het ‘zwart’ mee rijden met een, veel te dure, toertocht; Het snuiten van de neus, op de voor ons wielrenners zo kenmerkende wijze, zonder eerst naast of achter je te kijken; Afval achterlaten op plaatsen anders dan een prullenbak, of het nu gaat om een wikkel van een reep, een bananenschil of een kapot binnenbandje. Over het weggooien van een bidon zijn de meningen verdeeld. Hou in ieder geval rekening met medeweggebruikers en het publiek langs de kant, al is dat publiek er op zondagochtend niet echt in grote getale om ons toe te juichen; Schreeuwen naar elkaar, of erger nog, naar andere weggebruikers….daar hebben we nu net die fietsbel voor; én last but not least: draag geen onderbroek onder je fietsbroek! Ja, ze zijn er echt, let maar eens op de volgende keer. Afgesproken?