
Nieuwe vrienden gemaakt
Zo last minute en zo niet goed voorbereid ging ik op pad met mijn rentabike. Ik had wel even gezocht naar fietsroutes maar het zou vooral op improvisatie gaan aankomen. Google(maps) is je beste vriend op die momenten. Ik zocht de door mij geliefde verharde weg op. Geen offroad voor mij, ook niet met deze topklasse MTB. Mauro had de banden dusdanig opgepompt dat ik niet te veel weerstand zou hebben op de weg. Een langere kooi (als ik hem goed begrepen heb) zat er helaas niet in. Ik kreeg twee bidons mee en gaan met die banaan (kom ik zo nog op terug). Een testritje van zo’n 25km, met een omweg terug naar het park, viel niet mee, noch tegen, onwennig zou ik het willen noemen.
De volgende dag, klokslag 7.00uur, ging ik op weg voor een enigzins ‘uitgestippelde’ ronde van zo’n 58km door het achterland van Rome. Het historische dorp Calcata was het ‘reisdoel’ en dat lag ongeveer halverwege. Bidons gevuld maar dat was het dan ook. Gelukkig was de dorpsfruithandel al geopend en scoorde ik onderweg een banaan (!), voor, let wel, €0,20. Gezien de prijs-kwaliteit, was €0,05 ook meer dan voldoende geweest, zo bleek later maar ach, beter dan niks.
Vergezeld door een koor van krekels die net waren ontwaakt, vervolgde ik mijn weg door een heuvelachtig, soms zelfs, bergachtig landschap. Het wegdek was afwisselend, van heel goed, tot slecht, tot nog net geschikt voor MTB. In dat laatste geval mocht het de naam wegdek niet eens dragen; daar zijn de wegen in de Voerstreek een biljardlaken tegen.
Of ik andere fietsers tegen kwam? Aanvankelijk niet of nauwelijks maar dat zal ook met de route te maken hebben gehad. Ik had de afslag Sant Oreste genomen en dat bleek later het bergdorpje te zijn wat ik al eerder had zien liggen en waarvan de route zei, ‘rechts laten liggen’. Al trekkend en duwend vond ik mijn weg naar boven waar alleen een paar kerkgangers mij met een wat verbaasde blik ontvingen. Na een korte fotostop nam ik dezelfde weg terug naar beneden en pas toen zag ik de borden met percentages van 11% en meer staan.
Ik vervolgde mijn weg richting Calcata dus. Deze wegen moeten ’s avonds en ’s nachts voor menig dier een nachtmerrie zijn; een blijkbaar onneembare horde, getuige de vosjes, ik telde er drie, en andere dieren die hier hun Waterloo hebben gevonden.
Ondertussen begroeten mij wat tegemoetkomende collega MTB’ers. Racefietsers vinden dat blijkbaar not done t.o.v. mtb’ers. Als ‘straf’ laat ik er op een volgende beklimming twee brutaal mijn hielen zien.
Deze beklimming ging overigens terug naar Calcata waar ik net was gepasseerd en, na opnieuw een korte fotostop, genoten had van een heerlijke afdaling. Een afdaling die dus niet op de geeikte route lag. Te laat mijn vriend Google geraadpleegd dus. Ach ja, wat extra kilometers kunnen geen kwaad gezien het Italobourgondische leven wat ik er op na hield deze dagen.
Met deze extra kilometers én hoogtemeters in de benen, ging het daarna langzaam terugwaarts. De route liet zich het beste kenmerken als de Camerigachtig, afwisselend binnendoor en buitenom, heen en terug en dat ruim 25x2kilometers lang. De laatste pakweg 10km waren gelijk aan de heenweg en dus wist ik dat ik nog wat in reserve moest houden. Dat was makkelijker gezegd dan gedaan. Hongerklop lag op de loer, net als de verzuring in de benen. Ik had volgens mij ongebruikelijk veel op de pedalen gestaan. Maar met het binnen rijden van Fiano wist ik dat ik nog maar twee keer serieus terug moest schakelen. De laatste keer bij het oprijden van de ‘laan’ naar het park, na bijna 72km en 1336hm. Het vooruitzicht op een verkoelende douche en een lekker glas koude cola bracht me nog redelijk vlot ‘thuis’ ook. Het ligbedje aan de rand van het zwembad was daarna mijn new best friend!